Dr. Milinda Hoo Universiteit Utrecht Hellenistisch koningschap was geen vanzelfsprekendheid, maar berustte op persoonlijk charisma, militaire prestaties en visueel machtsvertoon. In de derde en tweede eeuw v.Chr., tijdens een periode van antieke globalisering, speelden internationale relaties van macht, cultuur en concurrentie een cruciale rol in heerserslegitimatie. Deze lezing onderzoekt hoe Baktrische koningen in Centraal Azië[…]
Nieuw Licht op Cyprus in de Kopertijd: De Opgravingen van Chlorakas-Palloures
Prof. dr. Bleda Düring Hoogleraar Archeologie van West-Azië, Universiteit Leiden De kopertijdsamenlevingen op Cyprus (4000-2500 v. Chr.) weken wezenlijk af in hun economie en samenlevingsvorm van de hen omringende regio’s in west Azië. Terwijl complexe verstedelijkte samenlevingen, vroege staten en schriftvormen, en lange afstandshandel zich ontwikkelden in het oostelijk Mediterraan gebied, bleef Cyprus afzijdig van[…]
Archeologie van de Archeologie: voortgang van het onderzoek
Van 2018 tot 2022 deed een groep Amsterdamse archeologen onderzoek in het antieke Troje in Turkije. Inmiddels is het veldwerk afgerond, maar dat wil niet zeggen dat het onderzoek is afgelopen. In deze publiekslezing wordt verslag gedaan van de voortgang van het onderzoek. Gert Jan van Wijngaarden – De dagboeken van Heinrich Schliemann en zijn[…]
Voor de Sumeriërs
Drs. Theo Krispijn Gepensioneerd docent Sumerologie, Oude Nabije Oosten Studies/Assyriologie, Universiteit Leiden In de meeste handboeken over de geschiedenis van Mesopotamië en het spijkerschrift is te vinden dat de Sumeriërs de uitvinders van het spijkerschrift waren. De voortgaande studie van alleroudste documenten in spijkerschrift van het eind van het vierde millennium v. Chr. stelt die[…]
“Een hoofd als een braakliggende akker”. Scheldwoorden in Mesopotamische schoolteksten
Drs. Mark Eertink ResMa student Assyriologie aan de universiteit Leiden Het schrijversonderwijs in het oude Mesopotamië is goed bekend door een overvloed aan spijkerschriftteksten. We kennen zowel de daadwerkelijke huiswerkopdrachten van de leerlingen, als schoolliteratuur die vertelt over hun dagelijkse activiteiten. De meeste bronnen komen uit de Oud Babylonische periode (ca. 1900–1600 v. Chr.), maar[…]