Logegebouw
Bloemendalstraat 11
Dr. E. Kaptijn
Koninklijk Belgisch Instituut voor Natuurwetenschappen, Brussel
Het spreekt veel minder tot de verbeelding en je krijgt er geen mooie bruine tint van, maar ‘opgraven’ in het depot van onderzoeksinstituten kan een schat aan nieuwe informatie opleveren. Ondanks het feit dat iedere opgraving uniek materiaal oplevert en opgravingscampagnes arbeids- en kapitaalintensief zijn, zijn verschillende opgravingen door omstandigheden niet of slechts gedeeltelijk uitgewerkt en gepubliceerd. Daarnaast zijn technieken die de archeoloog ter beschikking staan in de afgelopen decennia aanzienlijk uitgebreid en kunnen nieuwe vragen aan oud materiaal worden gesteld. De inventarisatie en (her)analyse van oude opgravingsgegevens kan daarom belangrijke nieuwe informatie
opleveren. Bovendien wordt de aanwezigheid van collecties archeologisch materiaal uit het Nabije Oosten in instituten buiten de regio zelf steeds zeldzamer door ontoegankelijkheid van het gebied en het verbod op uitvoer dat nu op veel plekken van kracht is. In deze lezing zal het belang van inventarisatie en analyse van oude
opgravingsgegevens worden gedemonstreerd aan de hand van (bioarcheologische) voorbeelden uit het BArEO project (Belgian Archaeological Expeditions to the Orient. Heritage in Federal Collections).